dinsdag 2 juli 2013

Het elfde gebod: "Gij zult uw verstand gebruiken"

(Naar aanleiding van een televisie-interview met een orthodoxe christen die weigerde zijn kinderen te laten inenten tegen mazelen)

Godsdienst is voor de mens een middel om zich met zijn bestaan te verzoenen.

De drie monotheïstische godsdiensten doen dat door middel van verhalen, waarin de natuur wordt verklaard (ziekten, dood, rampen) en waarin wordt verteld hoe je moet leven. De verklaring van de natuur is al zo oud als de mensheid zelf. Omdat het meeste van de natuur niet verklaard kan worden zoals je bijvoorbeeld kunt verklaren hoe je moet jagen, vissen of een stuk hout bewerken, of hoe je planten moet verbouwen, wordt er verteld dat er een god is of er goden zijn die de natuur beheersen. Alles wat voor de mens prettig is, wordt toegeschreven aan die god of goden, en alles wat minder prettig is, aan de duivel of kwaadwillende goden.
 
Hieruit volgt haast logischerwijze voort, dat de goede en slechte daden en gedachten van de mens door god of door de goden beloond en gestraft worden. God schrijft ook precies voor, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de goden van de oude Grieken en Romeinen, hoe je moet leven om beloond te worden.

Zodoende zijn er veel mensen, die hun geloof in god gelijkstellen met de werkelijkheid, dat ze lijfelijk hier in de wereld leven: hij is een stuk werkelijkheid, waarvan alle andere werkelijkheid afhankelijk is. Deugd zonder hem is geen deugd, kwade handelingen zoals misdaad of vloeken, echtbreuk enzovoorts, zijn kwaad omdat ze tegen zijn geboden ingaan, en niet, omdat ze van zichzelf al kwaad zijn. Als iemand zegt: "ik vergeef je" en die iemand gelooft niet god, dan is het geen echte vergeving. Diefstal is in de eerste plaats overtreding van een van de tien geboden, en niet een overtreding van het wetboek van strafrecht.

Ik geloof dat de mens van nature een moreel dier is. Zoals Goethe God tegen de duivel Mefistofeles laat zeggen: "Ein guter Mensch, in seinem dunklen Drange, ist sich des rechten Weges wohl bewußt". De duivel komt namelijk God  vragen of hij Faust mag verleiden tot een weddenschap, waarbij diens ziel op het spel staat. Goethe liet zich tot het schrijven van zijn Faust inspireren door twee verhalen: het eerste is het boek Job, waar de duivel Job van God mag teisteren met de grootste ontberingen, pijn, kwellingen, enzovoort, waarbij Job ondanks alles in God blijft geloven. Het tweede verhaal is de Middeleeuwse legende van Dr. Faust, die zijn ziel verkoopt aan de duivel in ruil voor het leren van allerlei duivelskunsten.

Zo wringt een godsdienst zich in bochten, en weet geen antwoord op de vraag waarom de mens er is bijvoorbeeld, of waarom er zoveel onrecht is. Immers, vaak wordt wat wij als "goed" zien, gestraft en wat wij als "kwaad" zien, beloond. Hiervoor is het hiernamaals in het leven geroepen. Ook: waarom zou een god mensen scheppen, bijvoorbeeld. Veel vragen die niet-gelovigen zich stellen, worden door orthodox-gelovigen niet gesteld, omdat alles te vinden is in het heilige verhalenboek, en wat daar niet in staat, is niet belangrijk of is iets van de duivel. Veel van het moderne leven valt te herleiden tot het verhalenboek. In die tijd waren er bv. geen auto's, dus ook geen geboden over auto's, en de orthodoxe christen of moslim vraagt zich niet af of autorijden wel in overeenstemming is met Gods geboden. Varkens waren er toen wel, net als nu, er zijn geboden over het eten van varkensvlees, dus die gelden nu ook.

In Goethes' tijd was er een verlichte dominee G.E. Lessing, ook hij schreef een Faust, maar helaas is deze voor driekwart verloren gegaan. (Naar men zegt is het manuscript tijdens een reis van het rijtuig gevallen en nooit meer teruggevonden). Hij schreef dat het mooiste geschenk dat God de mensen heeft gegeven, het verstand is. Helaas staat niet in de tien geboden "Gij zult uw verstand gebruiken".

Geen opmerkingen:

Een reactie posten